Peter Moerenhout
Tom Carbon Nr. 6: Lunatoys - Luc Cromheecke & Laurent Letzer & Fritzgerald
*****
(Strip 2000)
Striplezers die de namen Luc Cromheecke en/of Laurent Letzer horen, denken spontaan aan hun tragikomische creatie Plunk. Het duo stripmakers scoorde in het verleden echter al met de avonturen van Tom Carbon.

Tot 1996 verscheen Tom Carbon bij Dupuis. Vier albums zijn verschenen voor de managers van de uitgeverij de touwtjes in handen kregen. Links en rechts werden strips die net niet genoeg winst maakten weggesnoeid. Tom Carbon werd één van die slachtoffers. Gelukkig is er nu uitgeverij Strip 2000 die een deal sloot met Cromheecke en Letzer om de oude, moeilijk te verkrijgen albums 1 tot 4 opnieuw uit te geven en meteen ook nieuw werk de markt op te gooien.

Tom Carbon is een typische stripfiguur: we kennen niets van zijn achtergrond, familie, geschiedenis, job of dergelijke meer. Net zoals Kuifje is hij een wit blad dat langzaamaan ingekleurd wordt. Is er voor het verhaal een kind nodig, dan heeft hij plots een neefje. Die striplogica beperkt zich echter niet tot het personage zelf maar wordt ook in de verhalen tot het uiterste doorgedreven: als een ijskast een deur naar de Middeleeuwen blijkt te zijn, dan is dat gewoon zo. Te nemen of te laten. Dit zesde album bestaat volledig uit nieuw werk. Er is al meteen een groot verschil met de eerste vier albums. Omdat Tom Carbon ten tijde van de uitgave bij Dupuis ook in het tijdschrift Robbedoes gepubliceerd werd maakten Letzer en Cromheecke in die tijd korte, afgeronde verhaaltjes. Dit zesde album is echter één lang verhaal. Het duo krijgt voor het verhaal versterking van Fritzgerald, bekend van scenario’s voor Taco Zip.

Het scenario is van een van de pot geruktheid die we kennen van vroeger. We krijgen marsmannetjes, gekke professors, een planeet waar men enkel plezier kan beleven, zuipende flikken, enzovoort op ons bord gesmeten. De plot zit dan nog eens boordevol personages én we krijgen drie flashbacks te verwerken. Het is een wonder dat het overzichtelijk blijft, maar Letzer en Fritzgerald weten ons met vaste hand doorheen alle plotlijnen te loodsen. Belangrijker is echter de humor. Die gaat van slapstick tot absurdisme en van woordgrap naar situatiehumor. Opmerkelijk is dat vrijwel elke grap geslaagd is. Bij dit soort albums krijg je doorgaans voor elke goede grap een minder geslaagde grap of drie voor de kiezen. De makers lijken ervan doordrongen dat de humor eveneens het bestaansrecht van hun strip is en zorgen ervoor dat geen enkele grap minder is.

Je moet natuurlijk voor dit soort lolligheden zijn. Ik vind variaties op de tuinhark waar men op trapt en die vervolgens in het gezicht slaat en onomatopeeën als “KLOENSJ” persoonlijk hilarisch maar misschien is dit niet elkeens pakkie an. Over de tekeningen kunnen we kort zijn. Cromheecke heeft achter zijn warrige dikkeneuzenstijl al lang geleden een punt gezet. Hij is een meester van expressie, timing en zwier. Net wat belangrijk is in humorstrips. Voor nostalgisten is dit een geschenk uit de hemel, voor striplezers die nog nooit van Tom Carbon gehoord hebben een te ontdekken pareltje. En er is nog meer goed nieuws: op het einde van dit zesde album wordt ons al een zevende beloofd…