Marcel Ruijters
Nou, dat was het weer...
Een festival vol disfunctionele families en 3D-brilletjes
06-02-2010 00:00

Het zit er weer op. Het IFFR 2010 is voorbij. Het was een traditionele aflevering, waarin weinig schandaaltjes waren te melden, al kan dat natuurlijk ook aan ons liggen. Verder zagen we weinig echte butfilms (0 waarderingssterren); hebben we ons te veel door goede smaak laten leiden?

Veel inzendingen hadden familiebanden als thema: Sonny, Twisted Roots, Mama, Mother, Dogtooth en My Son, My Son, What Have Ye Done waren er enkele, maar ook Wes Andersons poppenanimatie Fantastic Mr. Fox, gebaseerd op het boek van Roald Dahl, sluit met zijn disfunctionele vossenfamilie nauw aan op diens eerdere films zoals The Royal Tenenbaums en The Darjeeling Limited.

Het speciale Afrika-gebeuren is goeddeels aan de aandacht van de Zone 5300-crew ontsnapt. We geven het maar toe: we hebben een voorkeur voor horror en gestyleerde bizarriteiten en hiervoor ben je eerder aan het juiste adres bij de Aziatische cinema, traditioneel goed vertegenwoordigd op het IFFR. Filmland Korea stelde in deze geenszins teleur met Mother van Bong Joon-Ho, die drie jaar eerder hoge ogen gooide met de monsterfilm The Host. Het eveneens Koreaanse Possessed, een whodunnit-variant op The Exorcist, was bevredigende en bij vlagen enge J-horror en zal in april nog op het Amsterdamse Imagine te zien zijn. Tot de grootste verrassingen behoren het Griekse(!) Dogtooth, dat het begrip 'giftige gezinsdynamiek' tot in het extreme wist te trekken en het kakelbonte, vrolijkmakende Pepperminta van de Zwitserse videokunstenares Pippilotti Rist. Hitoshi Matsumoto overtrof met Symbol zijn vorige inzending Dainipponjin (2008).

Ook het Signals - RE: Reloaded-programma, dat een beetje uitgesmeerd was over kortprogramma's en diverse locaties - waaronder een heuse drive-in voor Roger Cormans The Raven - was geslaagd, mede door de unieke 3D-vertoning van Alfred Hitchcocks Dial M For Murder. Wie exact wil weten wat de hoogte- en dieptepunten op filmgebied waren, althans, volgens ons (en we waren het lang niet altijd met elkaar eens, zoals over Valhalla Rising van Zone 5300-favoriet Nicolas Winding Refn) kan terecht op ons filmoverzicht, gesorteerd op waardering. Veel van deze films gaan later dit jaar nog draaien, dus houd de filmladders in de gaten.

Al met al is het volgende model uit te werken voor de IFFR-ervaring:
1. De embryonale fase, enkele weken voor aanvang van het IFFR. Spaarzame tips bereiken ons via insiders bij de programmering of via connecties uit het buitenland.
2. De puppyfase. Het IFFR gaat officieel van start; de laatste persvoorstelling vindt plaats in Lantaren/Venster, informatie en perskaarten kunnen worden afgehaald. Bladerend door het programmaboek kwispelt het Zone 5300-team van de voorpret.
3. De neophitefase. Zoals alle bezoekers dwalen we op de eerste dag van zaal naar zaal en ontmoeten oude vrienden uit binnen- en buitenland. Verwarring heerst. Het fingerspitzengefühl voor de echt goede films lijkt nog ver weg. Met de wetenschap dat elke aflevering wel enkele topfilms biedt, houdt het pakjesavondgevoel nog even aan.
4. De bloeifase. Enkele dagen onderweg, en we zitten in het goede ritme. De eerste filmkneiters zijn gespot en men ziet elkaar op de late feestjes. Tevens maakt een zekere competitiedrang zich meester van de recensenten: het weblog stroomt aardig vol. Hilariteit om de eerste nul-sterren-film. Er is ook wat tijd om vrienden van buitenaf op sleeptouw te nemen naar publieksvoorstellingen en er ontwikkelt zich een gevoel voor de juiste keuzes (hoewel niet feilloos).
5. De aftakeling. Een soort filmdementie, veroorzaakt door slaapgebrek, overkill en onregelmatige voeding, treedt in: we onthouden nog maar zelden titels, ook van de films die binnenkort nog moeten worden 'gedaan'. Men begint kalm aan te doen met alcoholhoudende dranken en het begrip 'festivalweduwe' duikt frequenter op in de gesprekken. Welwillend worden ook minder interessant klinkende films geprobeerd, maar hoge scores halen die maar zelden. Niet dat veel uitmaakt. Hernieuwde kennismaking met het scheerapparaat.
6. De nostalgische fase. Het begrip dat het volgende IFFR nog een jaar op zich zal laten wachten, zinkt in. De filmloze werkelijkheid dient zich aan: theater Lantaren/Venster maakt plaats voor een stapeltje nog ongeopende enveloppen met vensters. Gelukkig is er het het Imagine Filmfestival in Amsterdam dat van 14 t/m 24 april zal plaatsvinden. Enkele hoogtepunten zullen ook daar te zien zijn, zoals het verbazingwekkende Symbol.

De komende tijd worden huisgenoten van het Zone 5300-team geconfronteerd met ontwenningsverschijnselen, zoals met name het tentoon spreiden van de pas verworven filmeruditie. Noteer in uw agenda: de 40ste (!) editie van het IFFR vindt plaats van 26 januari tot en met 6 februari 2011. Zien we u dan!
(m.m.v. Tonio van Vugt)

Spaar hem allemaal!
Nieuwe Zone 5300-freecard op het IFFR
En net als vorig jaar, en het jaar daarvoor en daarvoor, is er op het IFFR weer zo'n fraaie Zone 5300-freecard voor uw collectie. Dit keer is het de beurt aan Dieter Van der Ougstraete, die deze illustratie bij de film Religilous eerder maakte voor onze film- en dvd-rubriek. Hij ligt verspreid over de diverse IFFR-locaties voor de gelukkige vinder.

Tonio van Vugt
We gaan van start... info

Op het moment van schrijven kijkt een afgeladen Pathé 1 naar de openingsfilm van het 39e International Film Festival Rotterdam, Paju van de Koreaanse regisseuse Park Chan-Ok. Benieuwd of het publiek, zielsgelukkig dat het een kaartje heeft kunnen bemachtigen voor deze zo gewilde feestelijke avond, er na een halfuurtje flashbacks en flashforwards nog het hoofd bij kan houden. Gelukkig is er na afloop ergens wel een bar binnen bereik (BBB), en daar gaat het voor een groot deel óók om, nietwaar? Ondertussen gaan wij (om te beginnen: nuchter) als vanouds van start met het IFFR-blog, vol meningen, aan- en afraders, strips en cartoons, en dat maar liefst 10 dagen lang, onafgebroken.

Nee, we hebben geen van onderstaande films gezien, maar ofwel hebben we uit betrouwbare bronnen vernomen dat het kneiters zijn, ofwel is onze keuze gefundeerd op jarenlange ervaring en gedegen kennis van de regisseur in kwestie. Of we er na het zien van de film in kwestie nóg zo over denken, en of u het met onze prognose eens zult zijn, dat lezen we later wel weer op dit blog. In willekeurige volgorde:
Amer: deze pastiche van Italiaanse horrorthrillers is een persoonlijke tip van het hoofd van de pers Bert Jan Zoet, en hij zit er niet vaak naast (zie: [REC]). En anders weet u bij wie u mag gaan klagen.
Symbol: volgens Britse journalist en Zone 5300-affiliate Neil Young is dit één van de beste films die hij in het afgelopen jaar zag, en tien keer beter dan Dainipponjin van dezelfde regisseur. Wie die laatste film twee jaar geleden op het IFFR zag, weet dus dat Symbol niets minder dan een meesterwerk kan zijn. En anders kunt in dit geval achteraf klagen bij de heer Young.
Red White & Blue: Simon Rumley was wat ons betreft een van de grote verrassingen op het IFFR van 2006 met zijn Living And The Dead , maar er waren er ook die de film met heel hun hart haatten, onder wie de hiervoor genoemde heer Young. U kunt uw eventuele teleurstelling met hem verdrinken. (En in het tegenovergestelde geval kunt u het glas heffen met Rumley, die te gast is op het IFFR.)
Mother: Koreaan Bong Joon-Ho gaf ons al Memories of Murder en The Host, dus u hoeft geen twee keer te denken voor u een kaartje voor deze film koopt. Schokkend Nieuws-journalist Mark van den Tempel zag hem in Cannes en concludeerde: ‘Mother is praktisch volmaakt, een moordmysterie in de stijl van Memories of Murder.’
Dogtooth: ook door SN in Cannes gesignaleerd, deze ‘Griekse variant op Josef Fritzl’, en goed bevonden. Een stel ontspoorde ouders houdt hun drie schijnbaar naïeve jongvolwassen kinderen in ‘splendid isolation’. Ze mogen de ommuurde villa niet verlaten, althans niet tot hun hoektanden eruit vallen. Een echte familiefilm.
Hadewijch: eerlijk gezegd hebben wij na het indrukwekkende debuut van regisseur Bruno Dumont (La Vie de Jesus) niets meer van hem gezien, maar ergens hebben we het idee dat dit portret van religieus fanatisme er evenzeer in zal hakken.
Lourdes: nog meer geloofsfanatisme, maar dan in een kuuroord. Jessica Hausner verrastte al eerder op het IFFR met haar Twin-Peaks-in-Oostenrijk-achtige Hotel, waarvoor ze een Zilveren Méliès ontving. Deze film scoorde vier prijzen in Venetië.
En tot slot: Yellow Kid, gewoon, vanwege het onderwerp - films over dolgedraaide Japanse striptekenaars, daar zijn wij altijd razend benieuwd naar!