Raymond Noë
Tokyo Tribe info
*****
Shion Sono
Van 21 januari t/m 1 februari wordt voor de 44ste keer het International Film Festival Rotterdam gehouden. Het belooft weer een interessante editie te worden, met films die later in het jaar ook in de bios gaan draaien, maar vooral ook weer veel films die enkel tijdens het festival in het groot bekeken kunnen worden. Om naar uit te kijken: Turist van de Zweed Ruben Östlund (bekend van het verrassende Play uit 2011), Inherent Vice van Paul Thomas Anderson, Girlhood van de Franse Céline Sciamma - ‘energiek en rauw portret met de Parijse banlieues als decor’ - en The Tribe, van de Oekraïner Myroslav Slaboshpytskiy, over een doofstomme jongen die zich moet invechten in een bende - een film waarin alleen in gebarentaal gepraat wordt, zonder ondertiteling. Uit Nederland zijn er films van o.a. Jan-Willem van Ewijk, Ramón Gieling en Peter Hoogendoorn. Het complete programma is inmiddels bekend, en de kaartverkoop gestart: iffr.nl.

Inmiddels zagen we al enkele films, waaronder Shion Sono’s Tokyo Tribe (niet te verwarren dus met The Tribe):



Je staat er niet elke dag bij stil, maar in Japan hebben ze ook achterbuurten, met ook de bijbehorende criminaliteit. Boefjes, pooiers, hoeren, dealers en ander tuig. En streetgangs. En de hartslag in die poelen des verderfs is die van de hiphop - althans, dat is het beeld dat geschetst wordt in Tokyo Tribe, gebaseerd op de gelijknamige populaire manga van tekenaar Santa Inoue. De film speelt zich af in downtown Tokyo, waar ‘you wil not survive if you’re not ready to die’. Dat werk.

Het verhaal over rivaliserende bendes is ragdun en heeft de diepgang van een jong eendje, maar het is ook nooit de bedoeling geweest van regisseur Shion Sono om een subtiele film te maken. Goed is goed en kwaad is kwaad, met niets ertussenin. En goed of kwaad, iedereen in de film is ‘tougher than the baddest gorilla’ - zoals het in een van de alsmaar voortdeinende rapteksten gezegd wordt. Want gerapt wordt er heel veel: Tokyo Tribe is in feite een over de top hiphopopera - hiphopera, ha! - met strak geregisseerde massascènes waar de camera knap doorheen zwiert. En na allerlei verwikkelingen - met elementen uit andere gangmovies als West Side Story, The Wanderers en Gangs of New York - culmineert de bendestrijd in een heus hiphopballet, met aan het eind uiteraard een pas de deux van de goodie en de baddie. De ontknoping is vervolgens even wrang als hilarisch.

Er zit uiteraard veel geweld in de film, en bloed ook, en wat onfunctioneel naakt, maar hard of smerig wordt het nergens. Het is Japans vermaak voor een vrij breed publiek: visueel aantrekkelijke soft-violence met veel maffe details, en een paar volkomen weirde bijfiguren. En heel veel hiphop. Dus.