Eigenzinnige tekenaars Stedho en Stefan J.H. van Dinther leveren nieuwe
visitekaartjes af
Ooievarken van Stedho verscheen oorspronkelijk in het tijdschrift
Ink. Nogal onbegrijpelijke verhalen waren het, brute erupties die de
aandacht vasthielden door de smeuïge tekenstijl maar de lezer
achterlieten
in verwondering - al is verbijstering misschien een beter woord. Nu
zijn drie van de verhalen gebundeld, en dat blijkt de verstaanbaarheid
ten goede te komen. Veel lege plekken blijven oningevuld, maar er beginnen
zich verhaallijnen af te tekenen. De lezer krijgt een vermoeden van
de verhoudingen tussen de personages: een man in een ruimteschip, een
koloniste (?) in de woestijn, een kind van onbestemd geslacht en het
ooievarken zelf, een hybride kruising tussen vogel en zoogdier. Ze
beleven hun gewelddadige avonturen in een chronologie zonder duidelijke
volgorde, waarin het verleden evenmin vastligt als de toekomst. Ook
wie niet van deze verhalen gecharmeerd is, zal moeten toegeven dat
Stedho een rastekenaar is, die met Moebius en Jan Bosschaert zijn voorbeelden
goed weet te kiezen.
Bijna synchroon met Ooievarken verscheen CHRZ van Stefan J.H. van Dinther. In beide albums wordt geen woord gesproken, beide stripmakers scheppen een wereld die losstaat van de alledaagse werkelijkheid en die ze volledig naar hun hand kunnen zetten, hoewel Van Dinther daarin een veel striktere regie hanteert dan Stedho. De gebeurtenissen in CHRZ worden gezien door de ogen van een vlieg, ogen met vele facetten waarin de waargenomen mensen niet reusachtig groot zijn maar juist heel nietig. De verschillende plotlijnen worden ingenieus met elkaar verweven, in beeldreeksen met een bijna wiskundige samenhang. Dat maakt CHRZ tot een bewonderenswaardig maar afstandelijk boek, dat in de eerste plaats gaat over het vernuft van de vorm en waarin de personages bijzaak lijken. Van Dinther speelt een koel en beredenerend spel met hen en vereenvoudigt hen tot het uiterste, op het anonieme af. Dat het meest memorabele personage in CHRZ een vlieg is, tekent de weerbarstige kwaliteit van Van Dinthers werk maar ook de beperkingen ervan.
Bijna synchroon met Ooievarken verscheen CHRZ van Stefan J.H. van Dinther. In beide albums wordt geen woord gesproken, beide stripmakers scheppen een wereld die losstaat van de alledaagse werkelijkheid en die ze volledig naar hun hand kunnen zetten, hoewel Van Dinther daarin een veel striktere regie hanteert dan Stedho. De gebeurtenissen in CHRZ worden gezien door de ogen van een vlieg, ogen met vele facetten waarin de waargenomen mensen niet reusachtig groot zijn maar juist heel nietig. De verschillende plotlijnen worden ingenieus met elkaar verweven, in beeldreeksen met een bijna wiskundige samenhang. Dat maakt CHRZ tot een bewonderenswaardig maar afstandelijk boek, dat in de eerste plaats gaat over het vernuft van de vorm en waarin de personages bijzaak lijken. Van Dinther speelt een koel en beredenerend spel met hen en vereenvoudigt hen tot het uiterste, op het anonieme af. Dat het meest memorabele personage in CHRZ een vlieg is, tekent de weerbarstige kwaliteit van Van Dinthers werk maar ook de beperkingen ervan.