Vijf mannen uit het Franse Rennes vinden evenwicht tussen de sixtiesfan
uithangen en een eigen geluid
De liefde voor sixties garagerock wordt nog altijd over de hele aardbol
met veel plezier uitgeleefd. Met het haar in het juiste model geknipt,
de beatmuziek zo nauwkeurig mogelijk met veertig jaar oude gitaren
nagespeeld en het romantisch lief en leed vanzelfsprekend in het Engels
bezongen, wordt het genre met succes levend gehouden. Maar Fransen
zijn nog altijd Fransen. Bij hen heeft de eigen taal een streepje voor,
dus zingen The Dadds minstens de helft van hun nummers in het Frans
(al valt hun Engels zeker niet tegen). Laat u niet misleiden door de
vier dames op het hoesje; het gaat hier om vijf mannen uit Rennes die
de sixties niet dunnetjes overdoen, maar er hun eigen punkrock-phutspot
van maken met vrolijk rockende orgeltjes, brutale punky gitaren, mondharmonica
en tamboerijngerammel. En veel hartzeer natuurlijk. Ze zappen tussen
heel wat inspiratiebronnen heen en weer: The Kinks, Yardbirds, Buzzcocks,
maar ook Pulp Fiction en Serge Gainsbourg (hun website bevat nogal
wat namedropping). Beter goed geleend dan slecht bedacht gaat ook hier
op, mits je het juiste evenwicht vindt tussen de sixtiesfan uithangen
en een eigen geluid produceren. Dat laatste is wel gelukt. Het is absoluut
een voordeel dat ze niet authentiek proberen te klinken. Dat soort
bandjes zijn er toch al meer dan genoeg. Vooral de Franstalige liedjes
klinken erg overtuigend en verfrissend eigenwijs. Hun gevoel voor humor
is nog een extra pluspunt. Als je op de titels afgaat, lijken zichzelf
niet al te serieus te nemen. The clouds have groovy faces, Ma
poule
aux yeux dor en Johnny Thunders is my broom (???) Horen?
Luister hier
naar drie MP3s.